[21-12-2001 Gwydion Sagelinge] Hoorns galmen door nachtelijk donker Vrede met 'n hamer in haar slaap gestoord Fakkels voeren krijgsgewoel tot verre Door gans 't rauwe Neerlands oord Klingen klinken machtig Over 't veld en veen Totdat de kerk vergaan is En God huilt vroom alleen 't Lemmet al glinsterend in de boze hand Laarzen drukken beenderen ver in het zand Gloed schittert vonken van vlammende krijg 't Zwaard zorgt ervoor dat de vijand immer zwijgt Klingen klinken prachtig Door het merg en been Tot Gods volk vergaan is Nacht valt over hen heen Al dat gilt uit kelen zo angstig Huivert huilend met 'n gelaat doodsbleek Kruist mijn lach, mijn slag, mijn schicht Waar ik de vlam zet in 't onschuldig wicht Klingen klinken machtig Over 't veld en veen Totdat de kerk vergaan is En God huilt vroom alleen [English translation:] Horns sound through nocturnal darkness Peace disturbed in her slumber with a hammer Torches take the battle far Through the whole of the raw Dutch land Blades resound powerfully Over the field and fen Untill the church has gone And god cries alone The blade shining in evil hand Boots grind bones deep into the sand Glowing sparks of flaming war The sword makes the enemy silent forever Blades resound splendidly Through bone and marrow Untill gods people are gone Night falls over them All that screams from fearfull throats Shivers crying with a d**hly pale face Crosses my grin, my blow, my bolt Where I torch the innocent b**h Blades resound powerfully Over the field and fen Untill the church has gone And god cries alone