[Vers 1: Baas B]
Het was op een hele mooie dag
Dat ik door de wijk liep en een kinderwagen zag
En ik keek even om me heen
Ik vond het vreemd, want wie laat z'n kleine baby nou alleen?
Maar daar kwam ik al snel achter
Er kwam een dame aangelopen met haar hondje en ze lachte:
Dat is m'n zoontje van twee
Ik zag 'r staan, keek 'r aan en dacht meteen: Je moet met mij mee!
Ze zei: Ik zit een beetje in de stress
Want m'n hond was weggelopen en ik moet om één uur naar de crèche
Ik zei: Maak je maar niet druk
Je hebt nog vijf minuten en ik heb een auto dus je hebt geluk
Zet je kind maar achterin, en je hond ook
In één klap was ik vader van een heel gezin
Zette die kleine net op tijd af bij de crèche
Je moeder en ik zien je straks om een uur of zes
[Refrein: Baas B]
Oh, oh, oh jonge moeders, jonge moeders, jonge moeders
Oh, oh, oh jonge moeders, jonge moeders, jonge moeders
[Vers 2: Brutus]
Jij begint al vroeg en brengt de kids naar hun kla**ie
Daarna doe je rustig de boodschappies voor pappie
Die zit veilig op kantoor in z'n pakkie
Rond 11 uur sta ik op de stoep voor een bakkie
En dan kletst ze me de oren van m'n kop
Het huwelijk gaat niet meer top en vroeger was er een vonk
Ik neem nog een slok, luister en let op
één fout woord en ik duik er bovenop
Ik ruik het toch als je wandelt door de straat
En ja, mij ken je langer dan vandaag
Ik ben niet als al die andere mannen met een baan
Ik kan op de bank hangen elke dag van de maand
Dus ik lach effe naar je en vermaak je koters
En na school gooi ik een balletje over
Zolang ze niet hapt, blijft m'n plannetje lopen
Ik smacht en ik wacht want de kans die ligt open
[Refrein]
[Vers 3: Lange Frans]
Het is inmiddels half zes
En de koffie is vervangen door een witte wijnfles
Ze was al los en relaxt maar ze werd relaxter
Ze riep de kids en vroeg: Kids willen jullie wat lekkers?
Ze gaf ze snoep en de kids ja die waren blij
Ze draaide zich om en vroeg aan mij: Wat voor lekkers wil jij?
Ik was met stomheid geslagen
Natuurlijk had ik wel een plan maar durf het bijna niet te vragen
Toch zei ik stoer: Ik wil een ijsje
Ze zei: Die liggen boven in de vriezer maar we gaan wel effe kijken
Dus ze liep de trap op (kom met me mee)
En ik er achteraan met die ijslolly in m'n kop
En glurend onder d'r rok werd ik in de val gelokt
En met één wilde sprong zat jonge moeders op de bok
En ze liet me niet meer los, bleef d'r zitten tot een uur of tien
Het mooie is: Dat ijsje van d'r heb ik nooit gezien
[Refrein]×2
(Mag ik dan een handtekening voor m'n zoontje)