(Ach, jullie willen een beetje dierkundeles van mij?
Nou, dat kan, dat is wel goed)
Een olifant heeft, en dat is een geluk
Een hele lange slurf en dat scheelt 'm veel gebuk
En dan de giraf, die heeft een lange nek
En om de centimeter overal een bruine vlek
Een olifant heeft, en dat is een geluk
Een hele lange slurf en dat scheelt 'm veel gebuk
En dan de giraf, die heeft een lange nek
En om de centimeter overal een bruine vlek
Ach, het dierenrijk, dat is frappant
Heeft hele eigenaardige bewoners
Voor mij zijn zij meer interessant dan mensen
Nee, voor mij is er niks schoners
De kip, als ie slaapt dan zit ie op een stok
Legt elke dag een eitje en woont in 't kippehok
Maar 't allerleukste dier, dat is voor mij de koe
Van voren gaat 'r gras in, hij geeft melk, en roept dan boe
(Da's grappig, he?
Interessant om te horen, vinden jullie ook niet?
Maar er is meer)
De slang, hij is eng, kruipt altijd op z'n buik
Hij heeft geen poten aan z'n lijf, geen haar en ook geen pruik
De uil draait z'n nek honderdtachtig graden rond
Zit stilletjes op een tak en roept oehoe, of houdt z'n mond
De slang, hij is eng, kruipt altijd op z'n buik
Hij heeft geen poten aan z'n lijf, geen haar en ook geen pruik
De uil draait z'n nek honderdtachtig graden rond
Zit stilletjes op een tak en roept oehoe, of houdt z'n mond
Ach, de mens, da's waar, heeft meer verstand
En bovendien kunnen wij mensen praten
Maar dieren zijn aan de and're kant ook lang niet dom
Hou dat maar in de gaten
Bedankt voor de les, we weten weer wat meer
Wat dieren doen en laten, hoe ze leven ongeveer
Bedankt voor de les, we moeten er vandoor
Maar komen gauw weer terug, ja, met het hele kinderkoor
(Tot ziens, jongelui)