Waarom, waarom
Waarom zijn de bananen krohom?
W'rom zijn de b'na, zijn de b'na
Zijn de b'na, zijn de b'na, zijn de b'nanen krom?
Als je ze rechtop zet dan vallen ze om
Waarom zijn de bananen kromme? (Waarom zijn de bananen krohom?)
Als ie valt dan hoor je bomme (Waarom zijn de bananen krom?)
Ik vind bananen lekkerder dan lekker (Waarom zijn de bananen krohom?)
Ik hou alleen niet van een bananestekker (Waarom zijn de bananen krom?)
(Recht is recht en krom is krom)
Dat kan wel zo wezen maar 'k wil weten waarom
(Recht is recht en krom is krom)
Dat weet ik zelf ook wel want daar gaat 't juist om
W'rom zijn de b'nanen krom? (Waarom zijn de bananen krohom?)
W'rom zijn de b'na, zijn de b'na, zijn de b'na (Waarom zijn de bananen krom?)
Waarom is een banaan niet rechte? (Waarom zijn de bananen krohom?)
Ik hoop dat iemand mij dat zegte (Waarom zijn de bananen krom?)
(Recht is recht en krom is krom)
Dat zei u net ook al maar u zegt niet waarom
(Recht is recht en krom is krom)
Dat weet ik, dat weet ik, maar ik vraag u daarom
W'rom zijn de b'nanen krom? (Waarom zijn de bananen krohom?)
W'rom zijn de b'na, zijn de b'na, zijn de b'na (Waarom zijn de bananen krom?)
Als-ie recht was kwam er een probleem van (Waarom zijn de bananen krohom?)
Omdat ie dan zo moeilijk in z'n schil kan (Daarom zijn de bananen krom)
Daarom, daarom (Daarom zijn de bananen kro-om)
D'rom zijn de b'na, zijn de b'na
Zijn de b'na, zijn de b'na, zijn de b'nanen krom
(Daarom zijn de bananen krom)