De paling loopt weer best vannacht Vooral die grote, zware, vette Die hebben met de koppen in de blubber gewacht Totdat Kareltsjie z'n fuiken zou gaan zetten Hotske van de Hoek, die van boer Jel en vrouw Vermeer Die kon beslist niet zonder een vent Die had een achterwerk, dat draaide constant heen en weer Ja die Hots was heel wat palinkies gewend Met een zak vol alen bij het krieken van de dag Kwam Karel langs het open raam waar Hots te dromen lag Toen gleed er een paling in het bed van Hotske van de Hoek En 's morgens zong het hele dorp: "Hots heeft een paling in d'r broek." Refrein: De paling loopt weer best vannacht Vooral die grote, zware, vette Die hebben met de koppen in de blubber gewacht Totdat Kareltsjie z'n fuiken zou gaan zetten De paling loopt weer best vannacht Haal de fuiken maar van de zolder Ze hebben met de koppen in de blubber gewacht Kom op, dan duiken we tesamen in de polder Tjippe van der Ploeg was de lokale dorpsagent En moest de orde en de rust in 't dorp bewaren Hots, met rode kop, was toen naar Tjippe toe gerend En nu zou Tjippe 't palingstropen even klaren Met een thermosfles koffie had Tjippe post gevat En hij monpelde: "Nog eventjies, dan staat die Karel mat." Toen klonk d'r een grote brul: "Stop! 'k Heb je te pakken" Maar 's morgens kwam 'ie thuis in een uniform vol met koeienplakken Refrein Maar 's middags rond drie uur lag er een bos paling voor z'n deur Zo fers dat de droppers vet er nog van dropen De vrouw van Tjippe zei: "Kijk nou, da's voor die avontuur Als ze maar niet bij Hots in bed hebben gekropen." Maar Hots bleef gek op kerels, alleen zonder open raam Want de paling is en blijft alleen voor 't eten En Kareltsjie de stroper kon gerust z'n gang weer gaan Maar de moraal van ons verhaal werd nooit vergeten Refrein