De wekker zingt en langzaam word je wakker Je zoent me en je fluistert het is tijd De ochtendzon die vecht tegen de slaap en Het daglicht dat heeft schijnbaar alle tijd De wind jaagt om het huis als jij je fiets pakt En nog even achterom kijkt voor je gaat Ik kijk je na voor jij de hoek om vlindert Ik kan niet wachten tot je straks weer voor me staat Als de zon het voor gezien houdt En het langzaam donker wordt De nachten langer lijken En de dagen veel te kort Val ik een dag lang in het diepe maar Als je thuiskomt na een dag Dan zwem ik met honderdduizend vlinders vlinderslag Ik hoor hoe jij je fiets weer in de schuur zet En als je binnenkomt neem ik met jou een duik Ik haal adem en ik vraag je hoe je dag was Met je tong schrijf jij je voornaam op mijn buik Wat heb ik je gemis wat ben ik blij als Jij me vastpakt en me daarna even flink Laat watertrappen en opnieuw een duik neem Waarna ik helemaal spontaan in je verdrink Als de zon het voor gezien houdt En het langzaam donker wordt De nachten langer lijken En de dagen veel te kort Val ik een dag lang in het diepe maar Als je thuis komt na die dag Dan zwem ik met honderdduizend vlinders vlinderslag Als de zon het voor gezien houdt En het langzaam donker wordt De nachten langer lijken En de dagen veel te kort Val ik een dag lang in het diepe maar Als je thuis komt na een dag Dan zwem ik met honderdduizend vlinders vlinderslag Dan zwem ik met honderdduizend vlinders vlinderslag