Ik ken jou uit de bergen
Je lacht en gaf het paard een klap op zijn kont
En weg was je in gallop
Weg was je in gallop
Ik ken jou van de bron
Met hoog op je hoofd een vaas
En met de handen los
En blote voeten op de stenen
Blote voeten op de stenen
Ik ken jou van de zee
Donker lag je naast me
Tussen de vissersboten
En je lichaam straalde maar
Je lichaam straalde maar
Ik ken jou uit de kroeg
De mannen brulden om bier
En stampten hun grote voeten
En jij danste op de tafel
JIj danste op de tafel
Ik ken jou uit de bossen
Op jouw geheime plek
Lig je op het bed van naalden
De zon in je gezicht
Ik ken jou uit de trein
Een blik uit het razend raam
Naar de man op het perron
Dan ben je weer verdwenen
Dan ben je weer verdwenen
Ik ken jou van het vuur
De warmte op je huid
In het wakende licht van vlammen
Ben je mooier dan ooit
Ben je mooier dan ooit
Ik ken jou van het land
Daar sta je op het veld
En roept jongens, kom eten
Je zwaait in je blauwe jurk
Je zwaait in je blauwe jurk
En wij rennen naar je toe
Ik ren het hardst van allemaal
Je vangt me op en zegt
Rustig maar
Rustig maar
Er is genoeg voor iedereen