Hoort de roep van de morgenstond
Als de zon zich verheft over Veluwse grond
Nevelen verdwijnen, mens en dier ontwaken
Als haar stralen de heuvels raken
Land van mijn vaderen aan mij ooit vertrouwd
Van heuvels en dalen tot diep in het woud
Bron van hymnen, verhalen en heldendicht
Van goden, van wezens en dwalend licht
In de hallen van mijn vaderen vind ik de rust
Onder bomenzuil en het bladerdak mijn geluk
Ik leg mijn ziel in het glooiende land
In de hallen van mijn vaderen vind ik de rust
Op vlakten van zand en purpuren heide
Waar raaf en havik hun vleugels spreidden
In bomenhallen badend in de middagzon
Waar het hert, waar het zwijn zijn toevlucht vond
In de hallen van mijn vaderen vind ik de rust
Onder bomenzuil en het bladerdak mijn geluk
Ik leg mijn ziel in het Veluwse land
In de hallen van mijn vaderen vind ik de rust
Ik bewandel de wegen in de avondzon
Tussen heide, bos en weidegrond
Over het veld naar het pad naar mijn heim
In de hallen van het Veluws domein
Ik leg mijn ziel in het Veluwse land
In de hallen van mijn vaderen vind ik de rust