We liepen in Gent rond, we waren met zessen
We kwamen van nergens, gingen nergens naartoe
Vanaf de terra**en, in de koffiehuizen
Bekeken we de mensen en hun drukke gedoe
We liepen met ons hoofd in de wolken
En werden dan wakker met honger en dorst
En iedereen riep: kijk daar loopt de fanfare
De fanfare van honger en dorst
We hadden geen geld om eten te kopen
Maar we wisten vor alles het beste adres
Mosselen bij Leentje en frieten bij Helga
En Annie bewaarde voor ons wel een fles
En iedere nacht nacht, nog net voor het slapen
De laatste vijf frank in Eddies joeboks
"A hards rain's gonna fall", we zongen 't allemaal samen
De fanfare van honger en dorst
En kwam er eens een vrouw die een van ons meenam
Dan namen we afscheid en zegden vaarwel
De fanfare trok verder met minder leden
De toon in mineur, we begrepen dat wel
Maar er was nooit een vrouw die mooier kon zingen
Dan onze fanfare van honger en dorst
En het duurde nooit lang of we waren weer samen
Met de fanfare van honger en dorst
Wie van ons had ooit durven denken
Dat iedereen van ons voorgoed weg zou gaan
We hebben toen zelf de fanfare ontbonden
We hebben als iedereen de prijs zwaar betaald
De prijs van de vrijheid: in ruil voor what centen
Een baan bij de bank, een auto, een kind
Maar ergens in de stad zingt een nieuwe fanfare
Een nieuwe fanfare van honger en dorst
Een nieuwe fanfare van honger en dorst