Suzanne neemt je mee Naar een bank aan het water Duizend schepen gaan voorbij En toch wordt 't maar niet later En je weet dat zij te gek is Want daarom zit je naast haar En ze geeft je pepermuntjes Want ze geeft je graag iets tastbaars En net als je haar wilt zeggen: 'ik kan jou geen liefde geven' Komt heel de stad tot leven en hoor Je meeuwen schreeuwen Je hebt steeds van haar gehouden En je wilt wel met haar meegaan Samen naar de overkant En je moet haar wel vertrouwen Want ze houdt al jouw gedachten in haar hand En Jezus was een visser Die het water zo vertrouwde Dat Hij zomaar over zee liep Omdat Hij had leren houden Van de golven en de branding Waarin niemand kan verdrinken Hij zei: ' Als men blijft geloven Kan de zwaarste steen niet zinken' Maar de hemel ging pas open
Toen Zijn lichaam was gebroken En hoe Hij heeft geleden Dat weet alleen die Visser aan 't kruis En je wilt wel met Hem meegaan Samen naar de overkant En je moet Hem wel vertrouwen Want Hij houdt al jouw gedachten in Zijn hand Suzanne neemt je mee Naar een bank aan het water Je onthoudt waar ze naar kijkt Als herinnering voor later En het zonlicht lijkt wel honing Waaraan kinderen zich te goed doen En het grasveld ligt bezaaid met wat de Mensen zoal weg doen In de goot liggen de helden Met een glimlach op de lippen En de meeuwen in de lucht Lijken net verdwaalde stippen Als Suzanne je lachend aankijkt En je wilt wel met haar meegaan Samen naar de overkant En je moet haar wel vertrouwen Want ze houdt al jouw gedachten in haar hand